Een veilige gemeente begint bij een verkeersveilige gemeente

Alle weggebruikers moeten zich aan de verkeersregels houden. De nieuwe verkeerswet bestraft verkeersmisdrijven zwaarder. Want een veilige gemeente begint bij veilig verkeer en een veilige schoolomgeving.
Voor recidiven komt er met de nieuwe verkeerswet een duidelijkere aanpak. Zo kan de straf verdubbeld worden voor het herhaaldelijk plegen van zware inbreuken, zoals dronken rijden na vroegere intoxicatie en rijden tijdens een rijverbod.
Vluchten na een ongeval is vaak een probleem van hardleerse chauffeurs. Daarom worden de maximale straffen verhoogd. Voor vluchtmisdrijf waarbij geen gekwetsten vallen, kan de straf oplopen tot 6 maanden gevangenisstraf en/of een geldboete tot 2000 euro. Wanneer een bestuurder vluchtmisdrijf pleegt en een slachtoffer gewond achter laat, loopt de straf op tot 3 jaar gevangenisstraf en/of een geldboete tot 5000 euro. Wanneer het ongeval voor een ander de dood tot gevolg heeft gehad, wordt de maximumgevangenisstraf bepaald op 4 jaar en/of een geldboete tot 5000 euro. De bestuurder zal bij een vluchtmisdrijf met gewonden of doden ook zijn rijbewijs voor minstens drie maanden verliezen.  
 
Verkeersveiligheid
Alcohol achter het stuur is sinds jaar en dag een van de voornaamste « killers » op onze wegen. Bestuurders zouden zich met nieuwe sancties nog meer bewust moeten worden van de gevolgen. Bij een hoge concentratie alcohol (vanaf 1,8g/l) kan -als alternatief voor de intrekking van het rijbewijs- een verplicht alcoholslot worden opgelegd voor een periode van 1 tot 3 jaar of definitief. Hetzelfde geldt voor recidivisten die binnen de drie jaar betrapt worden met een alcoholpercentage van meer dan 1,2g/l.  
Ook de straffen voor rijden tijdens een rijverbod en rijden zonder (geldig) rijbewijs worden verzwaard. Zo zal een bestuurder zonder rijbewijs nu ook een gevangenisstraf riskeren, en niet enkel een geldboete.
Voor bestuurders die herhaaldelijk niet-verzekerd rijden worden de minimumstraffen bij een eerste recidive binnen de drie jaar na de eerste veroordeling verhoogd van minstens 8 dagen rijverbod naar minstens 3 maanden. De veroordeelde moet ook altijd opnieuw zijn theoretische en praktische proeven afleggen. Recidiveert hij een tweede keer binnen de drie jaar, dan moet het rijverbod minstens 6 maanden bedragen (+ afleggen proeven). Bij derde recidive wordt dat minstens 9 maanden rijverbod (+ afleggen proeven).   
De gebruikelijke verjaring wordt van één op twee jaar gebracht voor alle verkeersmisdrijven. Verjaring van de zwaarste misdrijven blijft drie jaar.
Wanneer bestuurders die om medische of psychologische reden het recht tot sturen werd ontnomen, bewijzen dat ze meewerken aan hun herstel kunnen ze sneller hun rijbewijs terugvragen. Momenteel  moeten ze hiervoor twee jaar wachten maar met deze aanpassing wordt de termijn verkort. Zo wil de Minister bijvoorbeeld bestuurders die na een alcoholverslaving terug op het rechte pad zijn, stimuleren om opnieuw hun rijbewijs te halen wanneer ze kunnen bewijzen dat ze intensief aan hun verslaving gewerkt hebben.